Structuur

Goede structuur en opmaak maken je tekst toegankelijk en prettig leesbaar.

Koppen:

  • Hoofdstukkoppen: Gebruik alleen een cijfer voor de hoofdkop van een hoofdstuk (bijv. ‘1. Inleiding’).
  • Tussenkoppen (print/documenten): Vermijd genummerde subkoppen (1.1, 1.2.1). Creëer hiërarchie met opmaak:
    • Belangrijke tussenkop: Vetgedrukt
    • Subkop daaronder: Cursief
  • Tussenkoppen (webpagina's): Zorg voor betekenisvolle tussenkoppen (H2, H3, etc.) die:
    • De inhoud van de alinea waar ze boven staan samenvatten.
    • De paginastructuur inzichtelijk maken.
    • Scanbaar zijn voor snelle lezers.

Alinea's:

  • Pas een witregel toe tussen alinea's voor een rustig beeld en betere leesbaarheid.

Opsommingen:

  • Algemeen: Bij korte items (enkele woorden) kun je leestekens (zoals puntkomma's en een punt aan het eind) weglaten voor een rustiger beeld.
  • Print/documenten: Gebruik consistente opsommingstekens (bolletjes, streepjes). Vermijd te opvallende tekens.
  • Webpagina's: De opmaak van opsommingstekens is vastgelegd in het websiteontwerp.

Bijschriften (bij afbeeldingen/tabellen):

  • Puntgebruik: Wees consequent per (web)tekst:
    • Optie 1: Overal een punt.
    • Optie 2: Nergens een punt.
    • Optie 3: Een punt na een volledige zin (met werkwoord), geen punt bij een korte aanduiding (zonder werkwoord).

Onze letters toepassen

Onze letters toepassen

Hoofdlettergebruik

Correct hoofdlettergebruik is essentieel voor een professionele uitstraling.

Faculteiten, instituten, diensten:

  • Officiële namen met een hoofdletter: Faculteit der Rechtsgeleerdheid, Instituut voor Wiskunde.
  • Verwijzingen en soortnamen met kleine letter: de faculteit, het instituut.
  • In lopende tekst kan 'der' vaak weggelaten worden: Faculteit Rechtsgeleerdheid.

Namen van opleidingen, specialisaties en vakken:

  • Nederlandstalig: Begin de naam met een hoofdletter, schrijf de rest met kleine letters: Bachelor Rechtsgeleerdheid, Master Nederlandse taal en cultuur, specialisatie Ouderenpsychologie, vak Inleiding in de psychologie.
  • Engelstalig: Hoofdwoorden met een hoofdletter: Master International Relations, track European Union Studies.
  • Raadpleeg het [Naam Register, bijv. Leids Register Opleidingen] voor de correcte schrijfwijze.

Organen en functies:

  • Formeel (uit respect, vaak intern): College van Bestuur, Raad van Toezicht, Universiteitsraad.
  • Algemeen (officiële spelling): college van bestuur, raad van toezicht, universiteitsraad, minister.
  • Consequentie: Kies één lijn per (web)tekst.
  • Functies: Kleine letter: rector magnificus, decaan, voorzitter, vicerector.

Titulatuur: Geen hoofdletters (ook niet in afkortingen), tenzij aan het begin van een zin: prof.dr. Jansen, de heer mr. Pietersen. Schrijf prof.dr. zonder spatie.

Bachelor/Master:

  • Als titel/opleiding: kleine letter: een bacheloropleiding, de master volgen.
  • Als persoon (archaïsch, vermijd indien mogelijk): De Amsterdamse Bachelor.

Overig:

  • Hbo en wo: kleine letters (tenzij aan begin zin).
  • Regelingen, projecten, taakgroepen: naam met hoofdletter, rest klein: Regeling bindend studieadvies, Project Duurzame campus, Taakgroep valorisatie.
  • Eigennamen: Volg de officiële schrijfwijze, ook als deze afwijkt van spellingsregels: PraktijkStudies, Leids Universiteits Fonds. Let op: Sterrewacht Leiden (eigennaam) vs. sterrenwachten (algemeen).

Afkortingen

Gebruik afkortingen spaarzaam en correct.

Algemeen:

  • Vermijd afkortingen als bijv., m.a.w., zgn., e.d., o.a. in lopende tekst. Schrijf ze voluit.
  • Gebruik en dergelijke in plaats van enz. of etc..
  • Uitzondering: ca. 1900 v.Chr. is standaard.

Introductie: Schrijf een afkorting de eerste keer voluit, met de afkorting tussen haakjes erachter: Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO). Gebruik daarna de afkorting. Vermijd dit in koppen en intro's.

Bekende afkortingen: Sommige afkortingen (LUMC, NWO, KNAW) zijn zo bekend dat ze niet altijd voluit geschreven hoeven te worden, zeker op de website. Overweeg een verklarende link onderaan de webpagina.

Universiteit Leiden: De afkorting is LEI (niet UL). Gebruik de afkorting bij voorkeur alleen intern. In officiële stukken en op de website: Universiteit Leiden.

Als zelfstandig begrip: Schrijf met kleine letters: aio, havo, vwo.

Namen van personen: Gebruik in (nieuws)berichten op de website de voornaam (eventueel met titulatuur), tenzij de persoon anders wenst. In officiële stukken: voorletters. Wees consequent.

Titulatuurafkortingen: Kleine letters, punt achter elke titel, geen spaties: prof.dr., mr.drs.

Getallen

Specifieke regels voor een eenduidige weergave van numerieke teksten als aantallen en telefoonnummers.

Getallen uitschrijven vs. cijfers:

  • Basisregel: Getallen tot en met twintig, tientallen en ronde getallen (vijftig, honderd, duizend) voluit schrijven. Voorbeeld: vijf studenten, dertig cursisten, tweehonderd aanmeldingen.
  • ECTS altijd in cijfers: 30 ECTS.
  • Cijfers vallen op. Gebruik ze bewust:
    • In financiële/juridische context voor bedragen, termijnen: € 2.100, 3 maanden.
    • Voor consistentie bij een reeks: ‘De scores lagen tussen de 5 en 23 procent’ (niet 'vijf en 23').

Percentages: In lopende tekst is zowel % als procent toegestaan. Wees consequent binnen één tekst. (Percent is ook correct, maar minder gebruikelijk).

Telefoonnummers:

  • Vast: 071 527 33 46
  • Mobiel: 06 11 31 75 63
  • Internationaal: +31 71 527 33 46 (of +31 (0)71 527 33 46)

Toon

Stem je taal af op je doelgroep en de context.

Genderneutrale communicatie:

  • De voorkeur van de aangesprokene is leidend.
  • Gebruik in geautomatiseerde en groepscommunicatie een neutrale aanhef: Geachte lezer, Beste collega's, Beste bezoeker.
  • Gebruik neutrale functiebenamingen (bijv.leidinggevende i.p.v. directeur/directrice indien passend).
  • Vraag alleen naar formeel geslacht als strikt noodzakelijk, bijvoorbeeld in een aanmeldformulier

Aanspreekvorm (jij/je vs. u):

  • Jij/je: Voor medewerkers, studenten, jonge alumni (t/m 35 jaar), scholieren.
  • U: Voor overige doelgroepen (alumni, externe relaties, algemeen publiek).

Heldere taal:

  • Vermijd wollig en ambtelijk taalgebruik. Schrijf actief en direct.
  • Bijvoorbeeld: over of voor (i.p.v. in het kader van), over (i.p.v. met betrekking tot).

Gender­inclusief schrijven

Gender­inclusief schrijven

Hulpbronnen